Skip links

Saxofonist & Klarinettist Op Hoog Niveau

Het leven van internationale topmuzikanten speelt zich doorgaans in de spotlights af, maar neem nu klarinettist en saxofonist Stephan Vermeersch uit Duinbergen. In zijn telefoon staan meer internationale connecties dan Ryanair, hij is voorzitter van de European Clarinet Association, was eregast op het Klarifest Skopje (Macedonië) en mag iconen als Arthur Stokkel en Roeland Hendrikx tot zijn kransje vrienden noemen. Toch pendelt hij het liefst van thuis naar zijn werkplek MAAK, waar hij al dertig jaar lesgeeft. Daar tussen de mondstukken, instrumenten, rieten en partituren, vond ook onze babbel plaats …

Al na enkele minuten komen we tot de bevinding dat Stephan iemand is die doorgaans – en het liefst – de luwte opzoekt. De manier waarop hij vertelt hoe hij tot de liefde voor blaasinstrumenten is gekomen, spreekt boekdelen. Fast forward. “Ik was als kind altijd een lawaaimaker. Ik wilde overal op kloppen en was zot op kabaal maken. Tot op een gegeven moment mijn mama zei, ik denk dat ik acht jaar oud was, “we gaan je naar de muziekschool sturen”. De muziekschool was toen nog een afdeling van Brugge. Mijn ouders lieten er geen gras over groeien en maar goed ook, want al na drie weken wist ik het: dit is mijn ding.”

LAAT ME RADEN, JE WILDE DRUMMER WORDEN. STEPHAN: “Nee, dat is het vreemde van de zaak. Ik was snel aangetrokken tot de saxofoon en dat kwam voornamelijk door mijn leraar. Hij was een oud-militair die in de Koninklijke Muziekkapel van de Gidsen solo klarinet speelde. Vermits ze in de muziekschool toen geen saxofoon in huis hadden, ben ik me volop gaan toeleggen op de klarinet. Zo simpel kan het lopen (lacht…). Ik denk dat ik twee of drie jaar later voor het eerst saxofoon heb gespeeld. Ik was elf jaar en eigenlijk nog veel te klein. Vooral mijn vingers waren nog te pips om echt goed saxofoon te kunnen spelen, maar al spartelend leert een mens zwemmen, nietwaar.”

TERWIJL JE LEEFTIJDSGENOOTJES OP KAMP GINGEN OF VOETBALDEN, SPEELDE JIJ MUZIEK.

“Ja, en we spreken nog over een tijd dat er geen internet was, laat staan YouTube-opnamen van concerten of idolen. We moesten het toen echt hebben van onze docent. Ik had bovendien het geluk dat ik ook nadien nog uitstekende leraars had die me echt konden motiveren. Ik herinner me nog dat ik als 12-jarige voor het eerst een concert bijwoonde in de Stadsschouwburg van Brugge. Mijn mama had mijn schoonste strik aangedaan want mijn muziekleraar trad er op. Mijn ogen en oren vielen bijna uit mijn hoofd en ik was er weken en maanden vol van. Nu moet je weten, de Koninklijke Muziekkapel van de Gidsen is nog steeds één van grootste en beste in hun genre. Meteen daarna ben ik toegetreden tot de Koninklijke Harmonie Sint-Cecilia Heist, een vereniging waar ik nog steeds steunend lid van ben.”

SAXOFOON EN KLARINET ZIJN DE ONDERGESCHOVEN KINDJES VAN DE MUZIEK. WIE ZIJN DE LEERLINGEN DIE BIJ JE LES VOLGEN IN MAAK?

“Ik besef maar al te goed dat deze muziekinstrumenten in een nichemarkt zitten. Het gaat om jongeren die vaak door hun ouders gestimuleerd worden om naar de muziekschool te gaan. We hebben trouwens een breed spectrum aan leerlingen. Muziek spelen is een soort van levensstijl. Met voetballen of bij de scouts, trek je er met de vrienden op uit om een match te gaan spelen. Maar een muziekinstrument bespelen, dat doe je in je eentje op je kamer of op school.

Tot je een niveau behaalt om toe te treden tot een muziekvereniging. Voortdurend moet je oefenen om je niveau op te krikken. Ik beschouw het als de illusie van een ijsberg. Het topje van de ijsberg staat voor het zichtbare succes van mensen dat schittert, succesvol of beroemd is. Maar zoals je weet, zit het grootste deel van een ijsberg onzichtbaar onder water. We zien niet hoeveel deze persoon heeft moeten doorzetten, hoeveel fouten hij heeft gemaakt, hoeveel hij heeft moeten opgeven om dit doel te bereiken en welke teleurstellingen daarbij hoorden. Daar hebben we het liever niet over in onze maatschappij.”

HOELANG DUURT EEN CURSUS?

“Reken maar dat een cursus negen à tien jaar duurt. Dat betekent dat mijn leerlingen ‘bij het afzwaaien’ helemaal andere mensen zijn geworden dan op het moment dat ze hier binnenkwamen. Veel mensen staan er niet bij stil dat zo’n cyclus een flink deel van je leven bepaalt. Al moet ik er wel bij zeggen dat niet alle leerlingen jonkies zijn. Ik heb iemand van 78 jaar oud die les volgt. Chapeau! Ik bedoel maar, we moeten veelzijdig en toch ook flexibel zijn om boeiend te kunnen blijven. Ik geef intussen 32 jaar les en ik heb het vak ook zien evolueren van zeer elitair tot steeds toegankelijker. Maar dat betekent dat het aan ons is om toch evenveel kwaliteit te blijven geven.”

ALLEMAAL LEUK, MAAR JE ZAL MAAR EEN BUURMAN OP JE APPARTEMENT HEBBEN DIE JE IN DE LIFT HEEFT VERTELD DAT HIJ SAXOFOON GAAT SPELEN.

“Ik ben me er zeer goed van bewust dat zoiets geen cadeau is. Maar MAAK biedt de kans aan de leerlingen om hier op school te oefenen, tenminste als ze niet te ver wonen. Ik maak me daarvoor graag vrij, ook als de uren niet meteen in mijn agenda passen.”

JE BENT EEN VIRTUOOS OP VLAK VAN SAXOFOON ÉN VAN KLARINET. STEL DAT ER IN MAAK VANAVOND EEN BRAND IS. WELK INSTRUMENT GA JE HET EERST REDDEN?

“Da’s een moeilijke. Ik zou zeggen: allebei. Maar goed, met een lichte voorkeur dan toch mijn klarinet.”

Dit artikel komt uit ons magabook KNOKKE Talks. Issue 04 (winter vibes 2022).
Journalist: Mario De Wilde